Johanna Alida (1)
In de bijna onafgebroken stroom documenten over de Vesteringen in Amsterdam lijkt rond 1820 een eind te komen. Waar van Gijsbertus Vestering nog elke maand werd aangetekend dat hij de huur van het huis betaald had, is de naam van dochter Johanna Alida minder vaak te vinden.
In het doopboek van de Rooms-Katholieke Kerk is haar doop wel aangetekend:
3 April: Bapt. Joanna Alida Filia Gijsbert Vestering, et Maria Zegvelt. Susc; Cornelius van Wanrooy, et Joanna Vestering.
terug naar de beginpagina van 'Vestering'
Pas drieëntwintig jaar later is ze opnieuw in een katholiek doopboek te vinden. Op 20 mei 1811 is ze met haar vader getuige (susceptores) bij de doop van een onwettige tantezegger.
20 Maji. Bapt: Adrianus. Filius illegitimus ut dicitur Gijsberti Vestering Junior et Neeltjen Koning. Susc: Gijsbertus Vestering et Joanna Alida Vestering.
In de aktes van de Burgerlijke Stand van de gemeente Amsterdam doken naast de overlijdensakte van Johanna Alida Vestering uit 1829 alleen nog twee geboorteaktes van buitenechtelijke zoons op. Amilius Willem werd geboren in 1822, Johannes volgde in 1824. Hieruit is ook meteen op te maken dat deze jongens al op jonge leeftijd wees werden.
Was dat dan alles wat er over het korte leven van Johanna Alida Vestering te vinden is in de archieven?
Nee, het Stadsarchief Amsterdam heeft vele registers van de toenmalige ziekenhuizen online staan. In het ‘Stamboek’ van 1829 van het Buitengasthuis blijkt dat Johanna Vestering daar gedurende vijftien dagen opgenomen is geweest. In datzelfde Buitengasthuis is ze overleden.
Dit is vast nog niet het hele verhaal van Johanna Alida Vestering. Binnenkort meer...
-